Volgens de laatste telling zijn we nu officieel met z’n 7 miljard op de aardkloot. Dat nieuws geeft aanleiding tot een hernieuwde oproep om de bevolkingsaangroei desnoods met dwang terug te dringen. Etienne Vermeersch is één van de voornaamste uitdragers van die boodschap.
Ik ben fan van de professor, maar op dit punt permiteer ik mij de vrijpostige overmoed om hem tegen te spreken.
Over het uitgangspunt discussieer ik niet. De snelle bevolkingsaangroei is een probleem. De uitdaging om iedere aardbewoner de mogelijkheid op een waardig leven te geven, zonder de biofysische capaciteit van de planeet te overschrijden, wordt moeilijker bij elke geboorte.
De wereldwijde bevolkingsaangroei moet dus getemd worden. Hoe? Desnoods met dwang, betoogt Vermeersch. De eenkindpolitiek van China wordt genoemd als succesvol voorbeeld.
Vooraleer we op die kar springen, dringen zich evenwel twee vragen op. Ten eerste: is een gedwongen geboortebeperking echt de efficiëntste oplossing? Ten tweede: zijn we dan bereid de mindere kanten van die politiek te aanvaarden?
In zijn boek Development as freedom toont Amartya Sen aan dat het vruchtbaarheidscijfer bij vrouwen samenhangt met twee factoren: de opleidinsgraad- en de tewerkstellingsgraad van vrouwen. Waar de opleidinsgraad- en de tewerkstellingsgraad van vrouwen stijgt, daalt het het geboortecijfer spectaculair.
Ruimer bekeken, is er wereldwijd een waarneembaar verband tussen het vruchtbaarheidscijfer en
- toegang tot onderwijs voor vrouwen
- de mate waarin vrouwen tegen betaling buitenshuiswerken
- mogelijkheden voor vrouwen om een zelfstandig inkomen te verdienen
- de eigendomsrechten van vrouwen
- algemene status en positie van vrouwen binnen de sociale cultuur
Samengevat: stop de bevolkingsgroei door ervoor te zorgen dat vrouwen een volwaardige maatschappelijke rol spelen, in plaats van hen alleen als geboortemachines te zien.
Leuk, maar is het probleem niet zo prangend dat we toch voor dwang moeten gaan, zoals in China? Sen vergelijkt daarop de Indiase staat Kerala met China, die op een aantal factoren zoals het peil van gezondheidszorg goed te vergelijken zijn. Kerala beschikt over een aantal andere gunstige kenmerken voor empowerment van vrouwen, zoals een hoge scholings- en tewerkingstellinggraad, maar ook een wettelijke erkenning van eigendomsrechten voor vrouwen.
Resultaat? Sinds de invoering de eenkindpolitiek in 1979 is het geboortecijfer in Kerala sneller gedaald dan in China. Halfverwege de jaren ’90 lag het geboortecijfer in Kerala op 1.7 kinderen per vrouw, waar dat voor China 1.9 was. (In 2009 lag het Chinese geboortecijfer op 1.77, voor Kerala vond ik geen recentere cijfers.)
Goed, de resultaten zijn dus ongeveer gelijk, zou je kunnen stellen, dus het maakt niet echt uit welk pad je volgt. Dan hebben we het nog niet over de schaduwzijde van de eenkindpolitiek gehad.
Ten eerste schend je met dwangmaatregelen de fundamentele vrijheid om zelf te beslissen over je gezin. Daarentegenover staat de piste van sociale ontwikkeling, die de aanspraak van vrouwen op fundamentele vrijheden vergroot. Net door die grotere zelfbeschikking kiezen vrouwen voor minder kinderen.
Ten tweede kent China een hogere sterfte onder meisjesbaby’s. Meisjes zijn over het algemeen minder gewenst dan jongens en worden daardoor vaker verwaarloosd, met een hogere sterfte tot gevolg. Om bij ons voorbeeld te blijven: Kerela kent geen significant verschil tussen de sterfte onder meisjesbaby’s en jongensbaby’s.
Ook in India zijn overigens door de jaren heen vormen van dwang uitgeprobeerd door de verschillende overheden: mondelinge dreigementen, sterilisatie als voorwaarde voor deelname aan armoedebestrijdingsprogramma’s, ontzegging van zwangerschapsuitkering, mensen met meer dan twee kinderen uitsluiten van deelname in verkiezingen, mensen met meer dan twee kinderen weren uit overheidsbanen, enz. Al die maatregelen hadden weinig directe invloed op het vruchtbaarheidscijfer. Sterker nog: ze werden zelfs gevolgd door een lange periode van stagnatie in het geboortecijfer.
De slotsom hoeft niet eens zo’n deprimerend verhaal te zijn: versterk de economische en politieke rol van vrouwen om de bevolkingsaangroei radicaal te dempen. Als ik dan even heel plat voor mijn eigen winkel mag rijden: investeer in familiale landbouw, want in ontwikkelingslanden maken vrouwen tot 70% de dienst uit in deze sector.
Noot: Ik doe Amartya Sen oneer aan door een pleidooi voor de versterking van de positie van de vrouw te koppelen aan een daling van het geboortecijfer. Heel het punt van Sen is net dat we het toekennen van fundamentele vrijheden niet moeten rechtvaardigen door een winst in een ander domein. Fundamentele vrijheden (stemrecht, toegang tot onderwijs, arbeid, etc) zijn belangrijk, punt.Â
Ik stel me de vraag of we effectief een stop moeten zetten op de bevolkingsgroei, dan niet eerder op onzelevensstijl. Als we maar ecologischer en natuurlijker gaan leven & eten, en gelukkiger zouden zijn met minder, kan deze aardkloot volgens mij wél die 7 miljard mensen aan, en is de groeistop niet zo prangend nodig als nu.
Dat is zeker zo.
Als iedereen de levensstijl van een gemiddelde Amerikaan neemt, kan de planeet misschien maar 4 miljard mensen aan (als het dat al is).
Als iedereen de ecologische voetafdruk van een gemiddelde Afrikaan zou hebben, mogen er nog een paar miljard mensen bij.
Levensstijl is dus zeker één van de kernvariabelen als je uitspraken wil doen over hoeveel mensen de planeet aan kan.