Dag vijf.
We meren aan bij het Skaftafell National Park en overbruggen een aanzienlijk niveauverschil. Het uitzicht is er prachtig, maar – hoe jammer ook – dat went na verloop van tijd.
De grote bezienswaardigheid van Skaftafell park is de Svartifoss. Een sierlijke waterval, naar men zegt. Doch het pad naar dit natuurschoon was bezaaid met een halve meter sneeuw, waardoor het voorbestemde bezoekerspad zich van onze waarneming had onttrokken.
Op het gehoor struinden wij dichterbij, tot we het water bijna konden proeven. Maar zicht op het vallende water hebben wij niet gekregen. Schijtebroeken die wij zijn, durfden we op een gegeven moment niet dichter bij de rand gaan. Ziehier dus een bijna-waarmening van de Svartifoss.
En hier ziet u hoe de waterval er echt uit ziet. We gaan er niet langer bij bljiven stilstaan dan nodig.
Dus ja, IJsland in de winter bezoeken heeft soms ook nadelen. Skaftafell zal er na de dooi zonder twijfel spectaculairder uitzien, maar in februari was er dan weer geen geraas van andere toeristen – op twee exemplaren van het Aziatische type na, maar die gedroegen zich onberispelijk.